CRANBERRY ’S, INDIANEN & STRANDJUTTERS

Hoe de cranberry op Terschelling terecht is gekomen, is een verhaal dat leest als een spannend kinderboek. Misschien heb je het al eens  gehoord, maar het is te mooi om niet nog eens te vertellen.

Het begon allemaal bij de Noord-Amerikaanse indianen en medicijnmannen die cranberry’s tal van medicinale eigenschappen toedichten. Ze gebruikten ze onder meer om blaasontsteking te genezen of voorkomen, maar ook om wonden te behandelen.

Toen in de 17e euw de pelgrims arriveerden bleef dit niet onopgemerkt en de kolonisten zagen wel toekomst in de cranberry. Al snel werden de kleine rode besjes ook meegenomen door de zeevaarders om de bemanning tegen de gevreesde ziekte scheurbuik te beschermen. Overigens geen gek idee, want cranberry’s barsten van de vitamine C en bovendien zijn ze zeer lang houdbaar.
De scheepvaartroute liep vanaf de oceaan door het Engelse kanaal pal langs de Waddeneilanden richting Scandinavië. Vele schepen vergingen in de gevaarlijke ondiepte voor Terschelling en het waren gouden tijden voor de Strandjutters.
Het verhaal gaat dat op een dag in 1845 een jutter op het strand aan het slepen was met, wat hij dacht, een vat waardevolle wijn. Toen de inhoud uit rode zure bessen bleek te bestaan, liet hij het vat ter plekke in de duinen achter… En zo kon het dat dit kruipende heideplantje zich over het hele eiland verspreidde.

En wat kun je dan zoasl maken met deze bessen? Wat te denken van wittechocolade-fudge met cranberrys en pistachenoten →
Of toch liever een klassieke cranberrysaus? →

Tastyshot

This site, contents and images are copyright © Gitta Polak. Images may not be downloaded, copied, used or published without permission.

Website│Design by Gitta Polak